zondag 6 november 2011

Post van digitaal naar analoog

Als je in één week twee initiatieven tegenkomt die te maken hebben met analoge post in de digitale wereld, dan is er volgens mij iets aan de hand. Wellicht is het 't begin van een trend of lijden we massaal aan nostalgie. Maar dat soort conclusies laat ik liever over aan professionele trendwatchers.

Eerst het minst spannende initiatief. "Verstuur eenvoudig online je brief!" via postbode.nu. De site werkt heel simpel. Upload een brief in pdf-formaat, voer in het adresveld een adres in, en Postbode.Nu bezorgt de brief analoog bij de geadresseerde. Handig bijvoorbeeld voor het verzenden van facturen of brieven naar klanten of leveranciers, aldus de site. Een en ander kan geautomatiseerd worden voor zakelijke toepassing. Brieven op deze manier versturen kost "vanaf" € 0,76. Voor dat geld heb je dus geen printer en papier meer nodig, geen enveloppen en ook het wandelingetje naar de brievenbus kan je voortaan overslaan.

Postcrossing logo

Dan het tweede initiatief. Dit is iets leuks en dat hebben al ruim 18000 mensen in Nederland ontdekt. Het heet "the postcard crossing project" en is te vinden op Postcrossing.com. @AdvanderZee omschreef Postcrossing op Twitter als "een soort Twitter met ansichtkaarten". Hier verzorgt een website dat je een adres en wat gegevens krijgt van een wildvreemde die jouw ansichtkaart wil ontvangen. Zodra je een kaart hebt gestuurd en de ontvanger via de site heeft bevestigd dat die jouw kaart heeft ontvangen, wordt jouw adres via de site aan een willekeurige 'postcrosser' ergens op de wereld getoond. Je stuurt dus at random briefkaarten aan vreemden. Vervolgens krijg je niet van dezelfde persoon een kaart terug. De software achter de site bepaalt van wie jij op jouw beurt een kaart gaat krijgen. Mijn eerste twee kaarten gingen vandaag naar een assistent op een universiteit in Taiwan en de tweede ging naar Salem in Oregon, USA. Door de informatie in het profiel op de Postcrossing-communitysite had ik geen enkele moeite met iets te verzinnen om op de kaart te schrijven van de personen die nu nietsvermoedend post gaan krijgen uit Nederland. Ik wacht dus nu op mijn eerste kaart, onderweg naar mij vanuit ergens op deze wereld.

Uiteraard is PTT Post (ik doe niet meer aan steeds weer een nieuwe naam) ook erg blij met deze trend. Ze hebben er zelfs een speciale postzegel voor ontworpen. Als nieuwbakken postcrosser valt het me op dat er veel kaarten-met-envelop te koop zijn om elkaar te feliciteren of beterschap te wensen maar dat de ansichtkaart met uitsterven lijkt bedreigd. Dus: red de ansichtkaart, begin vandaag nog met postcrossen!

zondag 16 oktober 2011

Wat is er fout aan het microkrediet?

Veel mensen denken dat ze goed doen door organisaties te steunen die de allerarmsten in de wereld aan microkredieten te helpen. Het idee is kortweg: deze mensen kunnen geen geld lenen bij banken en dus kunnen ze nooit een eigen bedrijf beginnen, terwijl dat in die arme landen al met een paar tientjes kan. Dus de weldoeners en de organisaties gaan zelf als bank fungeren en mensen een microkrediet geven, waarmee deze mensen aan de armoede kunnen ontsnappen. Het idee is ook dat het minder paternalistisch is dan mensen maar gewoon geld te geven. Ook zouden mensen meer gemotiveerd zijn omdat ze hun krediet moeten aflossen.

Krediet is een mooi woord
Nu is 'krediet' een mooi ander woord voor 'schuld'. Hetzelfde geldt voor lening. Een 'voordelige lening' of een 'gunstige kredietvoorwaarden' klinkt een stuk beter dan een 'voordelige schuld' of een 'gunstige schuldvoorwaarden'. Maar krediet blijft een schuld. Een bedrag waar rente over betaald moet worden. En de enigen die daar rijker van worden zijn degenen die de schulden, pardon leningen, verstrekken.

Maar het is toch maar een microkrediet, oftewel een kleine schuld, zult u misschien zeggen. Ja, dat klopt, voor de verstrekkers zijn het kleine bedragen. Maar geldt dat ook voor degenen die het microkrediet aangaan? Voor hen is het bedrag kennelijk zo hoog dat ze er een eigen bedrijf mee kunnen beginnen of vee mee kunnen aankopen. Maar wat gebeurt er eigenlijk als het minder goed gaat met het bedrijf en degene die het microkrediet is aangegaan de 20 procent rente niet kan opbrengen?

Sparen in plaats van lenen
Ja maar wat is dan het alternatief, zullen enkele weldoeners zich afvragen. Zomaar geld geven valt voor hen kennelijk af als optie omdat de microkredietverstrekkers er van uitgaan dat het geld dan niet goed wordt besteed. Nogal een aanname, maar goed. Maar waarom geven we geen spullen? Bijvoorbeeld iemand wil zijn geld gaan verdienen door taxichauffeur te worden. We geven die man of vrouw een riksja in bruikleen voor een bepaalde tijd. Die tijd is gebaseerd op hoeveel tijd het kost om van het geld dat de persoon in staat is om opzij te leggen, zelf een riksja te kopen. In plaats van een lening geef je een tijdelijke spaarrekening. Dan ontvangt die persoon rente, in plaats van het te moeten betalen. En we doen niet moeilijk over slijtage aan de riksja of wanneer deze gestolen wordt. Lijkt me dat als iemand echt zijn armoede wil ontsnappen er alles aan zal doen om de riksja in goede staat te houden.

Natuurlijk is niet elk microkrediet voor een riksja maar ik denk dat er met creativiteit een hoop andere dingen te bedenken zijn. Je geeft iemand vijf kippen en de eerste vijf kuikens zijn voor de volgende persoon die we gaan helpen, enzovoort.

Dit hele inzicht kwam tot mij toen ik na aan het nadenken was over onze westerse samenleving die momenteel omkomt in de schulden. Dit naar aanleiding van de Occupy-demonstraties in Europa. Ons op dit moment behoorlijk falende kapitalistische systeem zijn we aan het exporteren naar landen met hele andere financiële systemen. Over paternalistisch gesproken.

Links
Een organisatie die microkredieten verstrekt is: Kiva.
Een kleine zoektocht op internet leverde op dat ik niet de enige ben die kritisch is over microkredieten. Zie het artikel Microkrediet helpt armen niet uit het NRC uit 2006.
Grote kans dat 'spullen geven' ook al eerder is bedacht (wat niet).

zaterdag 21 mei 2011

Marlies Dekkers, mag ik een teiltje?

Marlies Dekkers doet in haar klantenmagazine 'Summer of Love' aan geschiedvervalsing. Zo schrijft zij: "Een ander stokpaardje van mij is innerwear as outerwear, een stijl die ik sinds jaar en dag propageer. Je hoeft alleen maar naar de meest invloedrijke sterren van nu te kijken, Gaga, Fergie en Britney, om te zien dat mijn ideeën daarover wortel hebben geschoten." Even verderop in het magazine: "Marlies Dekkers heeft een moderevolutie gestart en heeft er voor gezorgd dat innerwear outerwear werd."

Excuse me?

Hier trekt de lingerie-ontwerpster toch wel iets teveel eer naar zichzelf toe, lijkt me. In 1993 zette ze pas haar lingerielijn 'Undressed' op, nadat ze in 1991 afgestudeerde aan de Akademie voor Kunst en Vormgeving St. Joost in Breda. Degene die als eerste innerwear als outerwear een podium gaf was... Madonna... Zij deed dit in 1983 met de single 'Holiday', dus 10 jaar eerder. Niet voor niets wordt Lady Gaga nu de 'queen of pop' genoemd, een titel die zij geërfd heeft van Madonna. Britney werd eerder 'princess of pop' genoemd. Deze sterren mogen wellicht het 'innerwear outerwear' principe etaleren in Marlies Dekkers' lingerie, zij is hier niet de bedenker van. Waarschijnlijk is ze beïnvloed door Madonna.


Madonna in de jaren '80

donderdag 19 mei 2011

Shocking: punks ARE dead!

Begin jaren '80 tijdens de punkbeweging dacht ik dat onze generatie X wel alles had bedacht wat er te bedenken viel om te shockeren. De generatie na ons zou het moeilijk krijgen dit te overtreffen. We hadden ons haar deels afgeschoren, geverfd in alle kleuren van de regenboog van blauw tot roze, scheuren in onze kleding gemaakt, met drugs geëxperimenteerd, onszelf laten tatoeëren en veiligheidsspelden als oorbel gedragen.

Tijdens de house-rage leek het nog alsof punks 'not dead' waren. Jongeren gingen terug naar de disco en ze gebruikten XTC, wat een lovie-dovie drug is vergeleken met de speed en cocaïne van de jaren '80.

Hoe naïef was ik.

Was het hebben van drie oorbelletjes in één oor in de jaren '80 nog heel wat, inmiddels zijn we gewend aan piercings door onder andere de tong, neus, lippen en op plekken die normaal gesproken door kleding bedekt zijn. Oorlellen worden gestretcht. Tongen gespleten. De meest recente ontwikkeling op dit gebied is suspension: je laten ophijsen aan vleeshaken door je huid. Een voorloper hiervan zagen we al begin jaren '90 in Paradiso tijdens de 'Jim Rose Circus Side Show'.

De tatoeages werden groter en verschenen in het zicht: achter oren, op vingers, in het gezicht en op polsen. Maar er wordt niet meer alleen met inkt gewerkt, scarification is een nieuwe trend op dit gebied. (Nieuw althans in de moderne westerse wereld.)

Tatoeëerster Kat von D.

Ben benieuwd wat er nog meer verzonnen wordt. En wat uiteindelijk geaccepteerd wordt door de 'massa'. Op de website BME (Body Modification Ezine) kunnen we het vast volgen. Voor een voorbeeld van scarification kan je terecht op Google. Uiteraard #NSFW en niet geschikt voor tere zielen.

zondag 17 april 2011

3FM Awards

Guus Meeuwis heeft dit jaar de 3FM Award gewonnen voor 'beste zanger'. De 3FM Awards is een publieksprijs. Luisteraars kunnen stemmen op hun favorieten via een website. Dat moet betekenen dat 3FM-luisteraars met een internetverbinding inmiddels massaal moeten lijden aan gehoorbeschadiging.

Er bestaat een programma, AutoTune, waarmee wat valse noten rechtgetrokken kunnen worden. Guus heeft dit niet niet nodig, want die 'zingt' in OneTune. Het is meer een soort opzeggen van teksten onder begeleiding van muziek. Daar kan je heel ver mee komen, zie onder andere de carrière van Bob Dylan en die van Guus Meeuwis zelf.

Iemand die niet kan zingen kan nog meezingen met Guus. Ook een keelontsteking vormt geen enkel bezwaar. Laten we voor Guus een nieuwe 3FM Award-categorie bedenken. Bijvoorbeeld die van 'meest symphatieke hoofd' of 'beste Nederlandstalige tekst'. Maar alsjeblieft: niet die van 'beste zanger'.

Gelukkig kan je via de site van 3FM Awards een paar mooie juweeltjes vinden onder de genomineerden, waaronder mensen die wel kunnen zingen.